Landrechten en wetten
Gedwongen verhuizingen
Ook moeten regelmatig hele dorpen gedwongen verhuizen als er nieuwe koper- en kobaltmijnen worden geopend. Zo moesten de inwoners van het dorp Kishiba bijvoorbeeld plaats maken voor de ERG Frontier kobalt- en kopermijn.

De bewoners van het dorp werden gedwongen om te verhuizen zonder dat ze fatsoenlijk geconsulteerd waren en zonder compensatie voor het land en de huizen die ze verloren. In hun nieuwe woonplek Kimfumpa is geen werk, geen schoon drinkwater, de landbouwgrond is er onvruchtbaar en er zijn geen scholen en gezondheidszorg aanwezig.

Vervuild water
De mijnen vervuilen vaak de bodem en de waterbronnen in de omgeving. Een voorbeeld hiervan is de lozing van afvalwater door het mijnbouwbedrijf MKM in de Dikanga rivier. Het water werd hierdoor ongeschikt voor consumptie, hoewel de dorpen in de buurt ervan afhankelijk zijn. De vervuiling vond plaats in de Basse Kando, een beschermd natuurgebied waar officieel geen mijnbouw plaats mag vinden. MKM en verschillende andere mijnbouwbedrijven kregen desondanks een vergunning voor hun mijnbouwactiviteiten van het Congolese Ministerie van Mijnbouw.

Vieze lucht
Oplaadbare batterijen
Naar verantwoorde mijnbouw
Congolese kobalt is niet de enige grondstof waarvan de winning tot mensenrechtenschendingen leidt. Ook rond de winning van tin, goud en (andere) conflict mineralen spelen grote milieu- en mensenrechtenproblemen. De inzet van overheden en bedrijven is hard nodig om tot verantwoorde winning van grondstoffen te komen. En daarbij gaat het niet alleen om de mijnbouwbedrijven, maar ook om bedrijven in de productieketen die deze grondstoffen afnemen, zoals de elektronica-industrie.
Bedrijven die handelen in oplaadbare lithium-ion batterijen, moeten goed uitzoeken onder welke omstandigheden hun grondstoffen in Congo worden gedolven en hoeveel de werknemers hiervoor betaald krijgen. Ook kunnen ze eisen stellen aan fabrieken waarmee ze samenwerken.
En jij? Jij kan helpen door dit verhaal te delen. Tweet
Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) is een onafhankelijke not-for-profit onderzoeks- en netwerkorganisatie en richt zich op duurzame ontwikkeling; zowel sociaal, ecologisch als economisch. Sinds 1973 onderzoekt SOMO multinationale ondernemingen en de gevolgen van hun activiteiten voor mens en milieu wereldwijd.